Kapsalon De Smidse bestaat dit jaar 35 jaar. En dertig jaar geleden nam Martin Jurna de kapsalon over. Hij liftte mee op het atheneumdiploma van zijn vrouw Hanneke, want zelf had hij toen nog geen Middenstandsdiploma. Niet alleen Martin viert nu zijn jubileum, ook de kapster van het eerste uur, Sika, deelt mee in de vreugd. ‘Sommige mensen denken dat ik zijn vrouw ben’, lacht Sika. Behalve Martin en Sika zijn Dorien, Bianca, Ina, Linda en Margriet al jaren vertrouwde gezichten in de zaak.
Actief in het dorp
In de kapsalon is het zaterdag 11 maart gezellig druk. Er is koffie en gebak. Klanten krijgen een tas mee vol aanbiedingen van de lokale middenstand. De deur zwaait voortdurend open. Veel Lopsters komen Martin en Hanneke feliciteren. Want Loppersum is blij met de kapper, die niet alleen letterlijk midden in het dorp staat, maar ook figuurlijk. Want Martin Jurna is als lid van de Bedrijvenvereniging de man achter de feestverlichting. Elk jaar maar weer moeten de krullen door vrijwilligers worden opgehangen. ‘We zijn nu bezig met nieuwe feestverlichting, want deze is natuurlijk allang afgeschreven’, vertelt hij. Hoe die verlichting eruit gaat zien is nog even een verrassing, maar mooi wordt het! Ook is Martin een van de organisatoren van de stempelacties in december en natuurlijk is hij actief in de voetbalclub. Bovendien altijd in voor een feestje om Loppersum ook eens positief in het nieuws te brengen.
Klanten blijven komen
Een eigen bedrijf betekent kopzorgen. Te beginnen met de aankoop van een pand waarvan de schuur een bouwval was. ‘Het pand heb ik gekocht van Jannes Huis. Die wou handje contantje, dat kon toen nog. De bank zorgde ervoor dat het geld bij de notaris lag, en samen reden we met het geld in een plastic tas terug naar Loppersum.’ De muren van de schuur stonden bol en de ramen waren zwart geverfd. Pas met de verbouwing in 1997 kwamen de ramen weer tevoorschijn en is een lekkage – eindelijk – verholpen. En verder kost het natuurlijk gewoon tijd om een zaak op te bouwen. ‘Na negen jaar wist ik ongeveer hoe ik eraan moest verdienen’, lacht Martin, terwijl hij ondertussen het hoofd van Harald Binnekamp, voorzitter van de Bedrijvenvereniging, onder handen neemt. ‘De eerste jaren interesseerde het me niet. Ik leefde, ja.’ Maar de verbouwing leidde tot een verdubbeling van de omzet, die hij sindsdien heeft weten vast te houden. Ondanks krimp, crisis en de overlast die het opknappen van het centrum met zich meebracht. De klanten blijven komen. En komen ze niet, dan haalt Martin ze graag op. ‘Dat deed ik al vanaf het begin. Mevrouw Huis van de Stedumerweg, bijvoorbeeld. Die kwam graag op dinsdag. Verder waren toen nog alle winkels op dinsdag dicht. Maar niet voor haar, zei ze dan. Ze haalde via de achterdeuren haar boodschappen op en dan bracht ik haar weer thuis. Maar eerst een gebakje halen bij Marinus. Die aten we dan bij haar thuis op.’
Foto’s: Chris Bomekamp.