Bonkhörn viert deze week zijn veertigste verjaardag. De speelweek bereikt een respectabele leeftijd, met hier en daar wat grijze haren misschien, maar geen spoor van een midlifecrisis. Sterker nog: als het aan August en Julius Bonk, de huidige en de vorige voorzitters ligt, gaat Bonkhörn nog wel even door. ‘Over veertig jaar bouwen we nog steeds hutten.’
door Els Zwerver
August Bonk, dat is Harry van der Klei, die in 1978 de eerste speelweek in Loppersum organiseerde en dertig jaar lang voorzitter was van eerst de commissie en later de stichting. Julius is zijn opvolger: Wouter Haak, die inmiddels tien jaar aan het roer staat. De beide ‘Bonkianen’ zitten op dinsdagmiddag 28 augustus ontspannen in een tent op het Bonkhörnveld. Muziekje aan, het geklop van hamers op de achtergrond en het geluid van spelende kinderen.
Harry: ‘In 1978 was ik voorzitter van de Westhoek en de buurtverenigingen zaten bij elkaar voor een gezamenlijk overleg. Ik had toen ik in Appingedam woonde zeven jaar Kriebeldam gedaan, de speelweek daar en wilde dat ook wel in Loppersum doen. Ik stelde dat zo voor, maar toen moest ik de kar ook maar trekken.’
Wouter: ‘Ik deed in 1981 voor het eerst mee, als zesjarige. Mijn moeder was toen nog groepsleiding. Later, toen ik dertien was, hielp ik mee in het magazijn. Ik was nog te jong om leiding te zijn, maar zo kon ik toch meedoen.’
Harry: ‘Veel ouders waren toen nog leiding. In de eerste jaren moest Bonkhörn nog groeien. Ik haalde soms jongeren uit Appingedam om hier mee te doen. Het was leuk dat de ouders meededen, maar we wilden zo snel mogelijk zo veel mogelijk jongeren. Je ouders spring je niet in de nek, maar met jongeren doe je dat wel en kun je lekker kliederen.’
Bonkhörn kent veel tradities en vaste onderdelen. Harry: ‘Als je ziet dat het werkt, dan hou je elke keer in grote lijnen hetzelfde aan.’
Wouter: ‘De kern blijft toch echt hutten bouwen, dansen, een springkussen, en op woensdag een dagje weg. Wat goed is, moet je zo laten. Bovendien kijken de kinderen uit naar de activiteiten: als ze negen zijn, mogen ze voor het eerst kanoën, als ze twaalf zijn, mogen ze blijven slapen en een dagje naar Groningen.’
Wouter: ‘We zijn niet direct van plan om dingen te veranderen, maar we gaan wel met onze tijd mee.’
Harry: ‘Over veertig jaar bouwen de kinderen nog steeds hutten.’
Wouter: ‘Nu hebben kinderen bij de geboorte al zo’n beetje een tablet in handen. Maar juist daarom wordt zoiets simpels als een hele dag buiten spelen steeds belangrijker.’
Harry: ‘Een heerlijke tegenhanger.’
In veertig jaar Bonkhörn zitten natuurlijk memorabele momenten. Zoals die keer dat Harry met een parachute op het veld landde aan het slot van de ‘muzikul’, het afsluitende toneelstuk op de vrijdagavond. ‘Ik brak mijn enkel op drie plaatsen. Maar omdat er ergens een rolstoel klaarstond, dacht iedereen dat het in het stuk hoorde. Ik ben de enige die ooit per ambulance van Bonkhörn is afgevoerd.’
En die keer dat de bliksem insloeg in een lichtmast bij het voetbalveld en een aantal van de leiding eigenlijk aan de dood ontsnapte. Of het ophalen van pallets met een trekker met oplegger. Wouter: ‘De stapel was zo hoog dat ik in Appingedam óver een stoplicht heen moest stappen, omdat ik er niet onderdoor kon.’
Harry en Wouter hebben nog veel meer verteld over Bonkhörn. En op vrijdagavond 31 augustus komen alle vrijwilligers, bestuursleden en leiding van de afgelopen veertig jaar samen in de Boshal voor de ‘Oud Bonkhörn Borrel’. Ongetwijfeld zullen er dan nog veel meer verhalen opgehaald worden. Al deze verhalen (of in elk geval zo veel mogelijk!) verschijnen in december 2018 in een groot artikel in de Lopster Kroniek, de jaarlijkse uitgave van de Historische Vereniging Loppersum.
Laser gamen, poffertjes eten, luchtkussens, vreemde vogels, ranja, spijkers, muziek, dans en hele gezellige leiding en kinderen. Dag 2 is begonnen!
Slået op af Speelweek Bonkhörn i Tirsdag den 28. august 2018